Kenmerken van de punter
Een zeepunter is van origine een slank open vissersbootje van de oostwal van de Zuiderzee. Kenmerkend zijn de vlakke bodem, de rechte sterk hellende, ‘vallende’ stevens en de hoekige spanten. De voor- en achtersteven lopen uit in een punt, vandaar de naam punter, hoewel het Instituut voor de Nederlandse taal in de herkomst van de naam een verbastering van het woord ‘pont’ ziet.
Historie
De punter is een eenvoudig schip, afgeleid van de uitgeholde boomstamkano. Scheepshistorisch onderzoek wijst uit dat de punter vóór 1500 niet veel voorkwam. Een wrak van een punter met Romeinse maten is gevonden in Rotterdam. Later is er een Romeinse punter gevonden in De Meern. In de 16e en 17e eeuw verschijnt dit scheepstype op schilderijen. Een akte uit 1618 stelt punters vrij van schutgeld in de schutsluis bij Steenwijk. In de 19e eeuw worden er veel punters geregistreerd als vissersschepen op de oostwal van de Zuiderzee. Zonder twijfel zijn hiermee zeepunters bedoeld. Deze grotere zeilpunters werden op de Zuiderzee werden gebruikt voor de visserij. Ze hadden een bun en, in tegenstelling tot kleinere punters, twee zwaarden omdat het overzetten van het zwaard bij overstag gaan tijdens het vissen erg lastig was.
Bouw van de punter
In tegenstelling tot de meeste schepen met een gladde huid, waarbij de huidplanken tegen elkaar aan worden gebouwd (karveelbouw) op het spantgeraamte, wordt de punter net als overnaadse schepen traditioneel ‘in de zak’ gebouwd. Na het vlak worden eerst de huid en de stevens gemaakt, pas daarna worden de spanten aan de binnenzijde aangebracht. Het voordeel van dit scheepstype is dat het robuust en zeewaardig is en goed bruikbaar voor ondiepe visgronden.
Gait Berk
Gait Berk (Gerhard Lambert Berk werd in 1927 geboren als (klein)zoon van pannenfabrikant Berk Kampen (BK). Hij was medeoprichter van het blad Spiegel der Zeilvaart en schreef als het ‘Nationale Punterwezen’ een uitgebreid boekwerk over punters. Gait Berk is overleden in 2006.
Punterbouwers
Hoewel punters vooral bekend zijn uit Giethoorn en omgeving, komt dit scheepstype ook in andere delen van Nederland voor. De Aalsmeerse punter werd in al 1671 door Nicolaes Witsen (schrijver van scheepsbouwboeken) beschreven. Het is feitelijk de voorloper van de grundel, die een platte achtersteven heeft. In Aalsmeer worden geen punters meer gebouwd, terwijl in Giethoorn nog steeds (Gieterse) punters en zeepunters worden gebouwd bij de werven van Schreur en Wildeboer.
Huismanwerf
Tussen 1884 en 1942 was aan de Ronduite (spreek uit: Ronduute) een punterwerf gevestigd. De werf was gesticht door Jan Huisman en werd later voortgezet door zijn zoon Wolter Huisman. Toen de Zuiderzeevisserij aan zijn eind kwam door de bouw van de Afsluitdijk, is de werf overgegaan op de bouw van (houten) plezierjachten. Tegenwoordig bouwt de Royal Huisman-werf in Vollenhove gigantisch grote ocean-going stalen jachten.
De laatste twee
Er zijn twee Kuunder zeepunters overgebleven die dienst hebben gedaan voor de visserij op de Zuiderzee. De KU11 (Huisman Ronduite, 1912) vaart in de open visserman-uitvoering en de KU12 (Huisman Ronduite, 1914) is verbouwd tot plezierjacht, met kajuit.
Uitgebreide informatie is te vinden op https://nl.wikipedia.org/wiki/Punter
Klik op de afbeelding om de film te starten. Wanneer de film daarna niet vanzelf start: klik op de link
Home > WaterReijk > Giethoorn
> Punterbouw in Giethoorn – Gait Berk 1962
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.